Schematherapie

Wat is schematherapie?

Schematherapie is een psychotherapie die gericht is op het veranderen van schema’s; dit zijn hardnekkige belemmerende patronen van denken, voelen en handelen. Het is een vorm van therapie die bestaat uit een combinatie van cognitieve gedragstherapie en elementen uit andere therapievormen en richt zich zowel op problemen die de cliënt ervaart in zijn huidige leven als op ervaringen uit het verleden, die mede oorzaak zijn van de problemen. Het doel van schematherapie is op een gezonde en adequate manier zorg leren dragen voor de eigen emotionele basisbehoeften.

Wat is een schema?

Je kunt een schema vergelijken met een bril waardoor je jezelf, anderen en de wereld waarneemt. Als je een verliefde roze bril op hebt bekijk je anderen en de wereld positief, heb je een donkere bril op dan ziet alles er minder rooskleurig uit. We hebben allemaal een  bril op, en zijn ons daar meestal maar deels van bewust. Soms is de bril zozeer gekleurd dat het leidt tot vervormingen die je in de weg gaan zitten.

Hoe ontstaan schema’s?

Schema’s ontstaan in een wisselwerking tussen omgeving (ouders, school, buurt) en het temperament van het kind. Schema’s beginnen dus vroeg in ons leven en herhalen zich ons hele leven. Zo kan je bijvoorbeeld door nare ervaringen in het gezin leren dat je niet de moeite waard bent, of dat de wereld onveilig is. Bij schematherapie gaan we ervan uit dat schema’s ontstaan als in emotionele basisbehoeften niet is voorzien. Het gaat hierbij om basisbehoeften als: een veilige hechtingsrelatie; uitdrukking mogen geven aan je behoeften en emoties; ruimte voor spontaniteit en spel; ruimte om autonomie, competentie en identiteitsgevoel te ontwikkelen; en het leren van grenzen en zelfbeheersing.

Welke invloed hebben schema’s?

Als een schema eenmaal gevormd is heeft het de neiging zichzelf steeds meer te verstevigen. Voorbeelden hiervan zijn: als je bijvoorbeeld denkt dat anderen niet te vertrouwen zijn ga je onbetrouwbare figuren niet uit de weg en bevestigt dat je idee dat (alle) anderen niet te vertrouwen zijn; als je niet kunt geloven dat anderen je aardig vinden als ze je echt leren kennen laat je jezelf maar liever niet zien, waardoor je dat idee in stand houdt; als je geleerd hebt dat de behoeften van anderen belangrijker zijn dan die van jou kan je jezelf zo wegcijferen voor anderen dat je niet de dingen doet (of ontdekt) die je zelf belangrijk vindt en daardoor blijft het idee dat de behoeften van anderen belangrijker zijn dan die van jou in tact.

Dit soort schema’s zijn in het verleden behulpzaam geweest om moeilijke situaties te hanteren of te overleven. Bij het opgroeien naar volwassenheid kunnen deze patronen hun waarde langzaamaan verliezen en juist belemmerend gaan werken. Ze gaan zich dan manifesteren als de valkuilen of gevoeligheden van iemands karakter.

Wat ga je doen?

De eerste fase van de behandeling is gericht op bewustwording. Samen onderzoeken we welke schema’s er spelen, hoe die zijn ontstaan en of we dat vanuit je levensloop kunnen begrijpen. We bekijken op welke manier de schema’s je waarneming en daardoor je gevoelens, gedachten en gedrag sturen en op welke manier je de schema’s in stand houdt.

De tweede fase is gericht op het doorbreken van oude disfunctionele schema’s en het bevorderen van gezonde schema’s, zodat je op een gezonde manier zorg leert dragen voor je eigen emotionele basisbehoeften. We maken daarbij gebruik van ervaringsgerichte technieken, zoals imaginaties en de meerstoelendialoog, en van technieken uit de cognitieve gedragstherapie (zoals  gedachten uitdagen, rollenspelen, ontspanningsoefeningen). Ook de therapeutische relatie is belangrijk binnen schematherapie.

Bij de imaginatie oefening –ook wel verbeeldingsoefening genoemd- werk je met geactiveerde schema’s. We bekijken in de verbeelding wanneer een schema is ontstaan en welke herinneringen er verbonden zijn aan dit schema. In de verbeeldingsoefening oefen je met zeggen wat jij nodig had gehad en zie je voor je –ook in verbeelding- dat er ook voor jou zorg was. Daardoor kun je verdriet over wat je gemist hebt voelen en verwerken.

Bij de meer stoelen dialogen zet je verschillende kanten van jezelf in een aparte stoel. Je zet bijvoorbeeld je kritische kant in een stoel. Samen werken we eraan om de kritische kant het zwijgen op te leggen. Zo kun je sterker worden om tegen die negatieve stemmen in te gaan.

In de therapeutische relatie kunnen schema’s ook een rol spelen, zoals heel erg je best doen om het ‘goed’ te doen of het hebben van moeite om je therapeut een beetje te gaan vertrouwen. In de therapeutische relatie kun je onderzoeken hoe je schema’s werken en kun je oefenen met het doorbreken van patronen en nieuw gedrag. Binnen de schematherapie probeert de therapeut alsnog in die basisbehoeften te voorzien, zoals betrouwbaarheid, betrokkenheid en warmte maar ook door grenzen stellen aan disfunctioneel gedrag. Het uitgangspunt is dat je hierdoor beter voor je basisbehoeften kunt gaan leren zorgen.

Wanneer schematherapie?

Schematherapie is doorgaans een langer durende therapie en is geschikt voor persoonlijkheidsproblematiek.